Trainer coach Sandor Rieuwers verlengt bij Armixtos

VoV, 31-03-2023. 13:50 uur. Trainer-coach Sandor Rieuwers zal ook volgend seizoen aan het roer staan bij Armixtos D1. Het team maakte dit seizoen op zeer verdienstelijke wijze haar debuut in de Topdivisie. Met nog twee wedstrijden te gaan staan de Armixtos-dames op een mooie achtste plaats en zullen ook volgend seizoen in de Topdivisie uitkomen.

Sandor Rieuwers: “Na een wat stroeve start hebben we dit seizoen een uitstekende periode gehad. Alles was nieuw en we moesten dus ook even wennen aan het niveau. Na een klein dipje in maart, hebben we ons door de prachtige 3-2 overwinning op de nummer 2 Ledub definitief kunnen handhaven. Volkomen verdiend en een mooie prestatie in een seizoen dat gelukkig weer helemaal volledig gespeeld kon worden na alle corona-perikelen”.

Het volgende seizoen wil Armixtos-D1 graag als team de volgende stap maken. Sandor Rieuwers: “Het is de intentie om te gaan voor een top-5 plaats. De basis staat nu goed zowel qua team als wat betreft de organisatie. Het is heel leuk om te gaan kijken of we die volgende stap inderdaad kunnen gaan maken. We gaan nu eerst nog twee wedstrijden spelen tegen VoCASA uit en de kampioen Somas thuis op de laatste speeldag van het seizoen, hoe mooi is dat als laatste wedstrijd.

In mei zullen we nog regelmatig in de zaal te vinden zijn. Deze trainingen zullen een open karakter hebben. Versterkingen zijn op alle posities van harte welkom. Dus als je graag bij ons in Amsterdam wilt trainen en spelen in de Topdivisie, mag je mij appen via 06 53 17  28 23”.

En last but not least: Sandor Rieuwers blijft ook volgend seizoen één training geven aan Armixtos D2. Dit derde divisie team strijdt nu voor promotie en zal dus mogelijk in de tweede divisie gaan uitkomen. De laatste wedstrijd op 15 april tegen Zaanstad D2 is bepalend of de Armixtos-dames zich plaatsen voor de PD-wedstrijden. Genoeg ontwikkelingen dus in de Amsterdamse Pijp bij dé gezelligste volleybalvereniging van Amsterdam.

gh @ VoV, bericht Armixtos, foto: Roger van Schie