Vizier op volleybal

 

Weer niet, wat is dat toch met Oranje?

VoV, 07-08-2019. 6:10 uur. Het is toch wel merkwaardig dat het Oranje van nu en de laatste jaren geen  duels kan winnen als het om de knikkers gaat. Hoeveel zelfvertrouwen er ‘schijnbaar of blijkbaar’ ook is in de  dagen voorafgaand aan die cruciale duels, het lukt dus niet. Het lijkt wel of de ploeg als geheel en de dames afzonderlijk zich soms stoer moed inspreken, het komt allemaal wel goed. Al kan het bij een enkeling ook wel als ‘grootspraak’ overkomen.  Dat doen we gewoon! We pakken die plak, het wordt tijd voor een plak, een titel, hoogtijd!

Maar dus niet, niet onder Guidetti, niet onder Morrison. Geen van beide coaches heeft het voor elkaar gekregen om in de belangrijkste wedstrijden van een toernooi, van het jaar, van de afgelopen vier jaar, op het moment suprême met de ploeg een zege, een titel of een (gouden) medaille binnen te halen. Al moet wel gezegd worden dat het ook allemaal tegen tegenstanders van formaat was, maar dat is ook wel logisch als je zo ver in een toernooi komt.

  •  EK Rotterdam finale 2015:  Nederland vs Rusland (0-3)
  •  OS Rio halve finale 2016:  Nederland vs China (1-3)
  •  OS Rio om brons 2016:  Nederland vs USA (1-3)
  •  EK Bakoe finale 2017:  Nederland vs Servië (1-3)
  •  VNL Nanjing, poule Final Six 2018: Nederland vs China (1-3)
  •  VNL Nanjing, poule Final Six 2018: Nederland vs Brazilië (0-3)
  •  WK Tokio halve finale 2018: Nederland vs Servië (1-3)
  •  WK Tokio om brons 2018: Nederland vs China (0-3)
  •  OKT Catania, finale 2019: Nederland vs Italië (0-3)

Veel wijzigde er overigens niet in de samenstelling van de ploeg door de jaren heen. Toen in 2015 bestond de selectie in de EK finale uit de spelverdeelsters Laura Dijkema (b/i), Femke Stoltenborg (i), op libero stonden Myrthe Schoot en Debby Stam – Pilon en op mid Yvon Beliën (b/i), Robin de Kruijf (b) en Quinta Steenbergen (i). Op de passer lopers speelden Celeste Plak (i/b), Maret Balkenstein – Grothues (b/i), Anne Buijs (b) en Judith Pietersen (i). De diagonalen waren Lonneke Slöetjes (b) en Manon Nummerdor – Flier (i). Waarbij (b)  voor basis en (i) voor ingevallen staat. Veel is er dus in de basis sindsdien niet veranderd, hooguit heeft de wisselhoek een sterk gewijzigde samenstelling gekregen.

En elke keer waren er wel één  of twee dames bij de tegenstander die we ‘de schuld’ konden geven dat we het niet gehaald hadden. Waar we ons achter konden verschuilen. Waar we geen verweer tegen hadden. Maar dat is nu eenmaal zo als je tegen topteams speelt, die wereldsterren in de ploeg hebben. En dat zijn dus wereldsterren, die als het erop aan komt, doen wat ze moeten doen. Namelijk scoren! Zonder schroom, steeds weer scoren!

In 2015 (EK)  waren dat voor Rusland Natalya Goncharova en Tatiana Kosheleva die samen 39 punten maakten, in 2017 (EK) Tijana Boskovic en Brankica Mihajlovic die tot een totaal kwamen van 44 punten en bij het OKT in Italië van afgelopen weekend Paola Egonu met 27 punten in drie sets.  Bij het WK in 2018 stond er weer geen maat op Boskovic en Mihajlovic, samen scoorden ze in de halve finale 52 keer, in de strijd om het brons was de Chinese Yingying Li verantwoordelijk voor 20 belangrijke punten in drie sets.

En zo zullen USA (Kimberly Hill) en China (Zhu Ting) in de andere belangrijke wedstrijden aanvallend voor de nodige problemen hebben gezorgd, ondanks hetgeen de coaches voor de tijd hadden bedacht om dat gevaar bij de tegenstander aan banden te leggen. Zhu Ting bijvoorbeeld in de VNL 2018 wedstrijd 35 punten. Tandara en Gabi van Brazilië samen 31 punten. Steeds niet dus. Of net niet.

Of die specifieke tegenstander was gewoon te goed, of de gevolgde tactiek was niet goed of de uitvoering deugde niet of de tegenstander paste zich niet aan Nederland aan, deed iets anders dan we verwacht hadden etc. etc. En blijkbaar had Nederland dan steeds niet een adequaat antwoord op de aanvallende overmacht van de tegenpartij.

Catania was dus geen uitzondering, alleen maar een bevestiging en een voortzetting van wat we al acht keer eerder hadden meegemaakt. Oranje was in Catania drie sets lang een gewillig slachtoffer voor Italië en leek tegen twee tegenstanders te spelen.  Tegen Italië en tegen het eigen mentale onvermogen om op wilskracht de ommekeer te bewerkstelligen. En laten we vooral niet vergeten dat bij Italië naast Egonu ook libero de Gennaro en spelverdeelster Malinov een wereldpartij speelden.

En dat was bij de Nederlandse sterren dus totaal anders. De ploeg was compleet,  fysiek topfit, zat boordevol vertrouwen en was er helemaal klaar voor. Volgens iedereen!  Maar Lonneke Slöetjes was onzichtbaar,  Maret Balkenstein – Grothues kwam maar tot één punt, een teken dat ze aanvallend helemaal niet uit de verf kwam. En spelverdeelster Laura Dijkema wist het ook niet meer en werd al heel snel vervangen door Britt Bongaerts. Overigens waren nog wel een aantal speelsters aan een snelle vervanging toe geweest, maar dat gebeurde dus niet. Alleen Robin de Kruijf behaalde een dikke voldoende. Als je als midspeelster  meer scoort dan de diagonaal en de meest scorende passer loper is er met de prestatie immers niks mis.

Maar wat nu, doorgaan op de ingeslagen weg, in ieder geval tot het OKT2 in januari 2020? Als de ploeg de Spelen alsnog haalt zal er wellicht na Tokyo gebouwd worden aan de toekomst. Of met andere woorden dan kan er afscheid genomen worden van en kan het inpassen beginnen. We herinneren ons overigens nog wel een opmerking van technisch directeur Joop Alberda tijdens een OKT-podcast. Hij vond dat Nederland met de B –  selectie in de VNL competitie 2019 een behoorlijke jas had uitgedaan. Hetgeen we uitleggen als dat volgens de technisch directeur van de Nevobo deze B – selectie lang niet het niveau had van de op vakantie zijnde, die ze heel hard nodig hadden in de voorbereiding op de wedstrijd van het jaar,  A- selectie.

Dat OKT2 zal zeker niet in Nederland gespeeld worden gezien de fee die het FIVB, kon zomaar één miljoen zijn, ervoor vraagt. In het volleybalgekke Polen of het voor volleybal kapitaalkrachtige Turkije zal men wellicht niet aarzelen om de knip ervoor te trekken. En zich zo van die extra mentale steun vanaf de tribunes te verzekeren. De beste kans op kwalificatie zal immers spelen in eigen land zijn, dat is statistisch nu eenmaal zo. En zo koop je dus een bepaald percentage zekerheid voor het ticket to Tokyo. Om in de winterstop van de competities in Turkije, Italië en  Duitsland,  waar onze internationals actief zijn, een hele reeks verliezen op grote toernooien te doorbreken, zal een hele opgave worden voor dit Oranje.

Maar dat geldt uiteraard ook voor Polen en Turkije, de andere favorieten.  Al zullen alle ploegen proberen bij het aanstaande EK al een begin te maken met het stapelen van vertrouwen, Nederland kan daar bij de Word Cup later dit jaar nog een steentje aan toevoegen.  Daar doen bijvoorbeeld ook Servië, China, Brazilië, USA en Rusland mee en een goed resultaat zou dan een mooie opsteker zijn.

Voor de belangrijkste wedstrijden van jaar 2020, die van het OKT2 in januari. Of dat inderdaad ook de belangrijkste blijken te zijn is afhankelijk van het daar behaalde resultaat. Alleen de eerste plaats telt. Oranje heeft echter wel getoond dat juist die plek halen een probleem was in de afgelopen jaren. Maar in het verleden behaalde resultaten geven, nou ja u weet de rest wel. Dat geldt niet alleen voor winnen maar ook voor verliezen, hopelijk!

gh @ Vizier op Volleybal. Foto’s Jan van den Noort.