Vizier op volleybal

 

Succesfactoren van het Twentse damesvolleybal

Op de afbeelding: Teams in Twente uitkomend op derde divisie en hoger

VoV, 22-12-2020. 18:00 uur. Ongeveer een jaar geleden las ik over het geheim achter het succes van de Keniaanse hardlopers. Wat bleek? Het waren niet de genen van de Kenianen die een belangrijke rol speelden in de prestaties van de hardlopers maar het was de hardloopcultuur in Kenia (Sands & Sands, 2010). Dit zette mij aan het denken. Omdat ik uit Twente kom en hier ben begonnen met volleyballen is het mij niet ontgaan dat er op dit moment drie van de tien Eredivisie damesteams uit Twente komen. Naast deze Eredivisie teams zijn er ook veel dorpsverenigingen die op een hoog niveau spelen, zoals op het kaartje (afb. 1) te zien is. Uit dit gegeven kwam bij mij de vraag op of er in Twente iets soortgelijks aan de hand kon zijn, zo besloot ik dat het Twentse volleybal mijn onderzoeksonderwerp werd.

Na een flinke literatuurstudie trok ik met al mijn vragen naar mijn oude vereniging de Krekkers uit Mariaparochie. Een typische Twentse dorpsvereniging waar gezelligheid gepaard gaat met een hoog niveau volleybal. Daar vond ik enkele speelsters en een coach die bereid waren om mijn vragen te beantwoorden! Zo werd mij verteld dat er in Twente in de dorpen veel gevolleybald werd omdat er daar simpelweg weinig andere sporten zijn. Veel mensen die volleyballen leidt echter nog niet automatisch tot een hoog niveau van volleybal, wat bleek uit een onderzoek van Bosscher, Sotiriadou & van Bottenburg (2013) en het feit dat er in de steden in Twente evenveel volleybalsters zijn maar daar enkel het eerste damesteam van Harambee uit Enschede in de derde divisie uitkomt.

Er speelt dus meer. Het fanatisme van de Twentse volleybalsters voor het volleybal werd door de geïnterviewden genoemd als belangrijk onderdeel voor het spelen op een hoog niveau. Voor de volleybalsters betekende dit dat je veel voor je sport over hebt. Het fanatisme kwam volgens de speelsters voort uit een drive in het team en je eigen motivatie. Toen begon ik mij af te vragen waar deze motivatie vandaan zou kunnen komen. Hiervoor richtte ik mij op de self-determination theory (SDT). Deze theorie beargumenteert dat intrinsieke motivatie tot stand komt wanneer bij een individu de psychologische behoeften voor het gevoel van competentie, autonomie en verbondenheid vanuit de sociale context vervuld worden.

Met deze theorie in mijn achterhoofd begon ik de motieven die de volleybalsters van Twente gaven voor hun volleybal te analyseren. Hieruit vond ik dat met name intrinsieke motieven belangrijk waren voor de volleybalsters. Het belang van intrinsieke motivatie zal bij jullie allen bekend zijn. In mijn onderzoek werd aan de hand van de SDT duidelijk hoe deze intrinsieke motivatie bij de geïnterviewde volleybalsters tot stand kwam. Omdat er bij de Twentse volleybalsters sprake was van intrinsieke motivatie betekende dit dus dat voor hen met het volleybal de hierboven genoemde psychologische behoeften vanuit de sociale context vervuld werden.

Maar op welke manier werden deze vervuld? Hier wordt het interessant. Het gevoel van competentie werd vervuld omdat er grotendeels op eigen niveau gespeeld kon worden en de volleybalsters zo hun succesmomenten er uit konden halen. Het gevoel van autonomie werd vervuld doordat de geïnterviewde volleybalsters de vrijheid ervaarden zich te kunnen uiten en zij daarbij erkenning voor hun gevoelens voelden. Je zou echter kunnen zeggen dat dit gevoel van autonomie ook onder druk stond doordat er weinig keus was voor een sport, enkele ouders van de volleybalsters vonden dat hun kind op een teamsport moest en er binnen verenigingen van je verwacht werd dat je vrijwilligerstaken uitvoert. Dit was echter geen issue voor de Twentse volleybalsters omdat voor hen het gevoel van verbondenheid sterk vervuld wordt met het volleybal.

 

Met het dorpse en Twentse karakter van de vereniging was er sprake van deze sterke verbondenheid. Een onderdeel van de verbondenheid was dat de speelsters niet alleen met elkaar verbonden waren via het volleybal als teamgenoot maar ook als vriendin, (oud-)klasgenoot, verenigingslid, dorpsbewoner of Tukker. Het dorpse karakter speelde zijn rol in de verbondenheid doordat mensen die niet volleyballen in het dorp vaak toch betrokken waren bij de volleybalvereniging omdat dit de trots van het dorp was. Zo was de volleybalvereniging ook verbonden met het dorp en was volleyballen voor de vereniging niet alleen iets wat je voor jezelf deed maar ook voor het dorp.

De regio Twente droeg bij aan de verbondenheid met zijn cultuur. Zo schreef geograaf Hospers het volgende: “Nergens in Europa zullen zoveel mensen lid zijn van het lokale vrijwilligerswerk, de voetbalclub in het dorp of de plaatselijke ondernemersvereniging [als in Twente].” Vanuit de historie van Twente was er sprake van een samenwerkingsgezindheid die zorgde voor een brede ondersteuning van initiatieven zoals sportverenigingen. Dit laat zijn sporen nog altijd na: tegenwoordig weten Twentse volleybalverenigingen nog altijd veel sponsoren te vinden binnen het eigen dorp.

Doordat velen in Twente zich konden vinden in het dorpse en Twentse leven, zorgde de verbondenheid voor breed gesteunde verenigingen met toegewijde vrijwilligers en gemotiveerde volleybalsters. Daarnaast zorgde de verbondenheid vanuit het dorpse en Twentse leven ervoor dat binnen de volleybalverenigingen de juiste voorwaarden ontstonden voor topvolleybal. Deze voorwaarden bestaan naast toegewijde vrijwilligers uit een goede jeugdopleiding, sponsoren, sporthallen, betrokken ouders en goede trainers.

Met het feit dat de vereniging zo verbonden is met zijn plaats worden deze voorwaarden gerealiseerd. Zo draag je als vrijwilliger of sponsor bij de volleybalvereniging niet alleen bij aan de vereniging maar ook aan de gemeenschap en het dorp. Als volleybalvereniging is het belangrijk dat dit benadrukt wordt en de rol van vereniging dus breder wordt gezien dan enkel een sportfaciliteit, het is een vorm van samenbrengen van mensen. Daarom is het verkopen van lootjes voor prijzen aangeboden door lokale sponsoren bijvoorbeeld zo belangrijk. Doordat de verenigingen zo verbonden zijn met hun plaats in Twente springen sponsoren ook snel bij in het mede financieren van de bouw en onderhoud van sporthallen.

Door de komst van een sporthal in het dorp groeiden met name jeugdafdelingen van de volleybalverenigingen. Zo werd voor de verenigingen duidelijk dat een goede jeugdopleiding van groot belang is voor een stabiele vereniging. Deze bewustwording had tot gevolg dat er veel in de jeugd geïnvesteerd werd en wordt in de vorm van faciliteiten en begeleiding. Mede door de verbondenheid kon deze investering een succes worden doordat ouders in Twentse dorpen vaak betrokken waren bij de sport van hun kinderen en zo veel taken uitvoeren rondom de volleybal van de kinderen.

Ondanks dit alles staan ook de Twentse volleybalverenigingen onder druk van de opkomst van andere vrijetijdsbestedingen en de individualiseringstrend. Daarom is het bewustzijn van het belang van de bovengenoemde zaken rondom het volleyballen zelf zo belangrijk. Wat zo van mijn onderzoek geleerd kan worden is het belang en de kracht van verbondenheid. Het kan een sterke basis vormen voor topvolleybal, wat blijkt uit het volleybal in de regio Twente. Zo is er in Twente dus een volleybalcultuur omdat er onder andere sprake is van een sterke verbondenheid die niet alleen bestaat tussen de volleybalsters maar veel verder gaat dan dit.

gh @ VoV. Artikel van Jurre Nawijn. Foto’s Jan van den Noort en Rudy van ’t Rood. Dit artikel werd ook geplaats in de december uitgave van Volley Techno van de NVVO.

Jurre Nawijn studeert Master Culturele Geografie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Voor zijn afstudeerscriptie van de bachelor geografie combineerde hij zijn sport met zijn studie. Dit leidde tot een eindscriptie met als titel ‘Fanatisme in het Twentse Volleybal’ waar bovenstaand artikel op gebaseerd is. Jurre traint en is in bezit van het diploma volleybaltrainer 3.

Mocht je vragen hebben n.a.v. het artikel, mail dan naar nawijnjurre@gmail.com.

Literatuur

Bosscher, V. de, Sotiriadou, P. & Bottenburg, M. van. (2013). Scrutinizing the sport pyramid metaphor: an examination of the relationship between elite success and mass participation in Flanders. International Journal of Sport Policy and Politics. Dit is de link ernaar toe.

Sands R. R. & Sands, L. R., (2010). The Anthropology of Sport and Human Movement: A Biocultural Perspective. Verenigd Koninkrijk: Lexington Books.